Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02019R0979-20200917

Consolidated text: Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/979 van de Commissie van 14 maart 2019 houdende aanvulling van Verordening (EU) 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende essentiële financiële informatie in de samenvatting van een prospectus, de publicatie en classificatie van prospectussen, reclame voor effecten, aanvullingen van een prospectus, en het kennisgevingsportaal, en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 382/2014 van de Commissie en Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/301 van de Commissie (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2019/979/2020-09-17

02019R0979 — NL — 17.09.2020 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/979 VAN DE COMMISSIE

van 14 maart 2019

houdende aanvulling van Verordening (EU) 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende essentiële financiële informatie in de samenvatting van een prospectus, de publicatie en classificatie van prospectussen, reclame voor effecten, aanvullingen van een prospectus, en het kennisgevingsportaal, en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 382/2014 van de Commissie en Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/301 van de Commissie

(Voor de EER relevante tekst)

(PB L 166 van 21.6.2019, blz. 1)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2020/1272 VAN DE COMMISSIE van 4 juni 2020

  L 300

1

14.9.2020




▼B

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/979 VAN DE COMMISSIE

van 14 maart 2019

houdende aanvulling van Verordening (EU) 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen betreffende essentiële financiële informatie in de samenvatting van een prospectus, de publicatie en classificatie van prospectussen, reclame voor effecten, aanvullingen van een prospectus, en het kennisgevingsportaal, en tot intrekking van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 382/2014 van de Commissie en Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/301 van de Commissie

(Voor de EER relevante tekst)



HOOFDSTUK I

ESSENTIËLE FINANCIËLE INFORMATIE IN DE SAMENVATTING VAN HET PROSPECTUS



AFDELING 1

Inhoud van de essentiële financiële informatie in de samenvatting van het prospectus

Artikel 1

Minimuminhoud van de essentiële financiële informatie in de samenvatting van een prospectus

1.  De essentiële financiële informatie in de samenvatting van een prospectus bestaat uit de financiële informatie die is vastgelegd in de bijlagen bij Gedelegeerde Verordening 2019/980 van de Commissie ( 1 ).

2.  Wanneer de informatie als bedoeld in de tabellen in de bijlagen I tot en met VI bij deze verordening niet in de jaarrekening van de uitgevende instelling is opgenomen, maakt de uitgevende instelling in plaats daarvan een overeenkomstige post van haar jaarrekening bekend.

3.  De uitgevende instelling mag aanvullende posten of alternatieve prestatiemaatstaven in de samenvatting van een prospectus opnemen indien deze essentiële financiële informatie vormen over de uitgevende instelling of de aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt toegelaten effecten. Voor de toepassing van de eerste zin worden onder alternatieve prestatiemaatstaven verstaan financiële maatstaven van historische of toekomstige financiële prestaties, financiële positie of kasstromen, niet zijnde in het toepasselijke kader voor financiële verslaggeving omschreven financiële maatstaven.

4.  Uitgevende instellingen die niet onder een van de in de artikelen 2 tot en met 8 genoemde categorieën uitgevende instellingen vallen, verstrekken de essentiële financiële informatie als bedoeld in de tabellen die volgens hen het best overeenkomt met het soort uitgegeven effecten.

5.  De essentiële financiële informatie wordt verstrekt voor het aantal jaren dat vereist is krachtens Gedelegeerde Verordening 2019/980 voor het soort uitgifte en het soort uitgegeven effecten.

Artikel 2

Essentiële financiële informatie voor effecten met een aandelenkarakter uitgevende niet-financiële entiteiten

Wanneer de uitgevende instelling een niet-financiële entiteit is die effecten met een aandelenkarakter uitgeeft, bevat de samenvatting van een prospectus de essentiële financiële informatie als bedoeld in de tabellen in bijlage I.

Artikel 3

Essentiële financiële informatie voor effecten zonder aandelenkarakter uitgevende niet-financiële entiteiten

Wanneer de uitgevende instelling een niet-financiële entiteit is die effecten zonder aandelenkarakter uitgeeft, bevat de samenvatting van een prospectus de essentiële financiële informatie als bedoeld in de tabellen in bijlage II.

Artikel 4

Essentiële financiële informatie voor kredietinstellingen

Wanneer de uitgevende instelling een kredietinstelling is, bevat de samenvatting van een prospectus de essentiële financiële informatie als bedoeld in de tabellen in bijlage III.

Artikel 5

Essentiële financiële informatie voor verzekeringsondernemingen

Wanneer de uitgevende instelling een verzekeringsonderneming is, bevat de samenvatting van een prospectus de essentiële financiële informatie als bedoeld in de tabellen in bijlage IV.

Artikel 6

Essentiële financiële informatie voor special purpose vehicles die door activa gedekte effecten uitgeven

Wanneer de uitgevende instelling een special purpose vehicle is dat door activa gedekte effecten uitgeeft, bevat de samenvatting van een prospectus de essentiële financiële informatie als bedoeld in de tabellen in bijlage V.

Artikel 7

Essentiële financiële informatie voor closed-end-beleggingsinstellingen

Wanneer de uitgevende instelling een closed-end-beleggingsinstelling is, bevat de samenvatting van een prospectus de essentiële financiële informatie als bedoeld in de tabellen in bijlage VI.

Artikel 8

Essentiële financiële informatie voor garanten

Wanneer aan de effecten een garantie verbonden is, wordt de essentiële financiële informatie over de garant verstrekt alsof de garant de uitgevende instelling van hetzelfde soort effecten is als die waarop de garantie betrekking heeft, met gebruikmaking van de tabellen in de bijlagen I tot en met VI. Wanneer de garantie wordt afgegeven voor door activa gedekte effecten, wordt de essentiële financiële informatie over de garant verstrekt alsof de garant de uitgevende instelling van de onderliggende effecten is.



AFDELING 2

Vorm van de essentiële financiële informatie in de samenvatting van het prospectus

Artikel 9

Vorm van de essentiële financiële informatie in de samenvatting van een prospectus

1.  De essentiële financiële informatie wordt in tabelvorm gepresenteerd in overeenstemming met de tabellen in de bijlagen I tot en met VI bij deze verordening.

2.  Eventuele historische financiële informatie in de samenvatting van het prospectus die niet uit de jaarrekening afkomstig is, wordt als zodanig aangeduid.

3.  Wanneer pro-forma-informatie die in de samenvatting van een prospectus moet worden opgenomen, de essentiële financiële informatie als bedoeld in de desbetreffende tabel van de bijlagen I tot en met VI bij deze verordening beïnvloedt, wordt die pro-forma-informatie verstrekt in extra kolommen in de tabellen in de bijlagen I tot en met VI bij deze verordening of als aparte tabel. Wanneer zulks voor een goed begrip ervan nodig is, gaat de pro-forma-informatie vergezeld van een korte toelichting op de in de extra kolommen of aparte tabel gepresenteerde cijfers.

Wanneer in geval van een brutowijziging van betekenis alleen kwalitatieve informatie in het prospectus wordt opgenomen, moet in de samenvatting van dat prospectus een verklaring van die strekking worden opgenomen.

4.  Wanneer de uitgevende instelling een complexe financiële geschiedenis heeft als bedoeld in artikel 18 van Gedelegeerde Verordening 2019/980, wordt de essentiële financiële informatie in de samenvatting van het prospectus gepresenteerd op een wijze die strookt met het prospectus en met gebruikmaking van de desbetreffende tabellen in de bijlagen I tot en met VI bij deze verordening.



HOOFDSTUK II

PUBLICATIE VAN HET PROSPECTUS

Artikel 10

Publicatie van het prospectus

1.  Wanneer een prospectus, ongeacht of het één document betreft, dan wel uit afzonderlijke documenten bestaat, hyperlinks naar websites bevat, bevat het tevens een verklaring dat de informatie op die websites geen deel uitmaakt van het prospectus en niet door de bevoegde autoriteit is gecontroleerd of goedgekeurd. Die vereiste geldt niet voor hyperlinks naar door verwijzing opgenomen informatie.

2.  Wanneer een prospectus wordt gepubliceerd overeenkomstig artikel 21, lid 2, van Verordening (EU) 2017/1129, worden op de voor de publicatie van het prospectus gebruikte websites maatregelen genomen om ervoor te zorgen dat geen ingezetenen worden aangesproken van andere lidstaten of derde landen dan die waar de effecten aan het publiek worden aangeboden.



HOOFDSTUK III

MACHINELEESBARE GEGEVENS VOOR DE CLASSIFICATIE VAN PROSPECTUSSEN

Artikel 11

Gegevens voor de classificatie van prospectussen

Wanneer de bevoegde autoriteit ESMA een elektronisch exemplaar van een goedgekeurd prospectus verstrekt, inclusief alle aanvullingen daarvan en, in voorkomend geval, de definitieve voorwaarden, verstrekt zij ESMA ook de relevante begeleidende gegevens voor de classificatie van prospectussen overeenkomstig de tabellen in bijlage VII bij deze verordening.

Artikel 12

Praktische regelingen om de machineleesbaarheid van de gegevens te waarborgen

De bevoegde autoriteit verstrekt de in artikel 11 bedoelde begeleidende gegevens in een gemeenschappelijk XML-formaat en in overeenstemming met het formaat en de normen in de tabellen in bijlage VII.



HOOFDSTUK IV

RECLAME

Artikel 13

Identificatie van het prospectus

Wanneer de uitgevende instelling, de aanbieder of de aanvrager van de toelating tot de handel op een gereglementeerde markt onderworpen is aan de verplichting een prospectus op te stellen, identificeert reclame dat prospectus duidelijk door:

a) 

duidelijk aan te geven op welke website het prospectus is of zal worden gepubliceerd, wanneer de reclame in schriftelijke vorm en langs andere dan elektronische weg wordt verspreid;

b) 

een hyperlink op te nemen naar het prospectus en de relevante definitieve voorwaarden van het basisprospectus wanneer de reclame in schriftelijke vorm langs elektronische weg wordt verspreid, of door een hyperlink op te nemen naar de pagina van de website waar het prospectus zal worden gepubliceerd indien dat nog niet is gebeurd;

c) 

accurate informatie op te nemen over waar het prospectus verkrijgbaar is, en accurate informatie over de aanbieding van effecten of de toelating tot de handel op een gereglementeerde markt waarop het betrekking heeft, wanneer de reclame wordt verspreid in een vorm of op een wijze die niet onder de punten a) of b) valt.

Artikel 14

Vereiste inhoud

1.  Reclame die onder potentiële retailbeleggers wordt verspreid, bevat de volgende elementen:

a) 

het woord „reclame” op een in het oog springende manier. Wanneer een reclame in mondelinge vorm wordt verspreid, wordt het doel ervan duidelijk vermeld aan het begin van het bericht;

b) 

een verklaring dat de goedkeuring van het prospectus niet mag worden beschouwd als aanprijzing van de aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt toegelaten effecten, wanneer de reclame een verwijzing naar een door een bevoegde autoriteit goedgekeurd prospectus bevat;

c) 

een aanbeveling dat potentiële beleggers, voordat zij een beleggingsbeslissing nemen, het prospectus lezen om de potentiële risico's en voordelen in verband met de beslissing om in de effecten te beleggen volledig te begrijpen, wanneer de reclame een verwijzing naar een door een bevoegde autoriteit goedgekeurd prospectus bevat;

d) 

de krachtens artikel 8, lid 3, onder b), van Verordening (EU) nr. 1286/2014 van het Europees Parlement en de Raad ( 2 ) vereiste begrijpelijkheidswaarschuwing wanneer:

i) 

de reclame betrekking heeft op andere complexe effecten dan de financiële instrumenten bedoeld in artikel 25, lid 4, onder a) i), ii) en vi), van Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad ( 3 ) en;

ii) 

de begrijpelijkheidswaarschuwing in de samenvatting van het prospectus is of zal worden opgenomen.

2.  Reclame in schriftelijke vorm die onder potentiële retailbeleggers wordt verspreid, verschilt in vorm en omvang voldoende van het prospectus zodat geen verwarring met het prospectus mogelijk is.

Artikel 15

Verspreiding van reclame

1.  Onder potentiële beleggers verspreide reclame wordt gewijzigd wanneer:

a) 

vervolgens een aanvulling van het prospectus wordt gepubliceerd overeenkomstig artikel 23 van Verordening (EU) 2017/1129;

b) 

een in de aanvulling vermelde belangrijke nieuwe factor, materiële vergissing of materiële onnauwkeurigheid de eerder verspreide reclame materieel onjuist of misleidend maakt.

De eerste alinea is niet van toepassing na de afsluiting van de periode van aanbieding aan het publiek of na het tijdstip waarop de handel op een gereglementeerde markt begint, indien dat later valt.

2.  De in lid 1 bedoelde gewijzigde reclame wordt onmiddellijk na de publicatie van de aanvulling van het prospectus onder potentiële beleggers verspreid en bevat alle volgende elementen:

a) 

een duidelijke verwijzing naar de onjuiste of misleidende versie van de reclame;

b) 

een verklaring dat de reclame is gewijzigd omdat zij materieel onjuiste of misleidende informatie bevatte;

c) 

een duidelijke beschrijving van de verschillen tussen de twee versies van de reclame.

3.  Met uitzondering van mondeling verspreide reclame wordt de overeenkomstig lid 1 gewijzigde reclame ten minste op dezelfde wijze verspreid als de eerdere reclame.

Artikel 16

Informatie over aanbiedingen van effecten

1.  In mondelinge of schriftelijke vorm bekendgemaakte informatie over een aanbieding van effecten aan het publiek of over een toelating tot de handel op een gereglementeerde markt mag, ongeacht of zij als reclame dan wel voor andere doeleinden wordt verspreid:

a) 

niet in tegenspraak zijn met de informatie in het prospectus;

b) 

niet verwijzen naar informatie die in tegenspraak is met de informatie in het prospectus;

c) 

geen materieel onevenwichtig beeld geven van de informatie in het prospectus, bijvoorbeeld door negatieve aspecten van die informatie minder prominent te presenteren dan de positieve aspecten, door weglating of door selectieve weergave van bepaalde informatie;

d) 

geen alternatieve prestatiemaatstaven bevatten tenzij zij in het prospectus zijn opgenomen.

2.  Voor de toepassing van lid 1 wordt onder informatie in het prospectus verstaan informatie die in het prospectus is opgenomen, indien het reeds is gepubliceerd, of informatie die in het prospectus zal worden opgenomen, indien het prospectus op een latere datum wordt gepubliceerd.

3.  Voor de toepassing van lid 1, onder d), worden onder alternatieve prestatiemaatstaven verstaan financiële maatstaven van historische of toekomstige financiële prestaties, financiële positie of kasstromen, behalve in het toepasselijke kader voor financiële verslaggeving omschreven financiële maatstaven.

Artikel 17

Procedure voor samenwerking tussen de bevoegde autoriteiten

1.  Wanneer de bevoegde autoriteit van een lidstaat waar een reclame wordt verspreid, van mening is dat de inhoud van die reclame niet strookt met de informatie in het prospectus, mag zij de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst om bijstand verzoeken. De bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de reclame wordt verspreid, verstrekt de bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst op verzoek:

a) 

de redenen waarom zij van mening is dat de inhoud van de reclame niet strookt met de informatie in het prospectus;

b) 

de desbetreffende reclame en, zo nodig, een vertaling daarvan in de taal van het prospectus of in een taal die in de internationale financiële wereld gangbaar is.

2.  De bevoegde autoriteit van de lidstaat van herkomst zendt de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar de reclame wordt verspreid, zo spoedig mogelijk de resultaten toe van haar beoordeling van de overeenstemming van de reclame met de informatie in het prospectus.



HOOFDSTUK V

AANVULLINGEN VAN HET PROSPECTUS

Artikel 18

Publicatie van een aanvulling van het prospectus

1.  In de volgende situaties moet een aanvulling van het prospectus worden gepubliceerd:

a) 

wanneer nieuwe gecontroleerde jaarrekeningen zijn bekendgemaakt door:

▼M1

i) 

een uitgevende instelling wanneer een prospectus aandelen of andere met aandelen gelijk te stellen verhandelbare effecten betreft;

ii) 

een uitgevende instelling van de onderliggende aandelen of andere met aandelen gelijk te stellen verhandelbare effecten in het geval van effecten als bedoeld in artikel 19, lid 2, of artikel 20, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980;

▼B

iii) 

een uitgevende instelling van de onderliggende aandelen van certificaten van aandelen als bedoeld in de artikelen 6 en 14 van Gedelegeerde Verordening 2019/980;

b) 

wanneer een uitgevende instelling na de goedkeuring van het prospectus een winstprognose of -raming heeft gepubliceerd, indien een winstprognose of -raming in het prospectus moet worden opgenomen krachtens Gedelegeerde Verordening 2019/980;

c) 

wanneer een wijziging of intrekking van een winstprognose of winstraming in het prospectus is opgenomen;

d) 

wanneer een wijziging optreedt in de zeggenschap over:

▼M1

i) 

een uitgevende instelling wanneer een prospectus aandelen of andere met aandelen gelijk te stellen verhandelbare effecten betreft;

ii) 

een uitgevende instelling van de onderliggende aandelen of andere met aandelen gelijk te stellen verhandelbare effecten indien een prospectus betrekking heeft op effecten als bedoeld in artikel 19, lid 2, of artikel 20, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980;

▼B

iii) 

een uitgevende instelling van de onderliggende aandelen van certificaten van aandelen als bedoeld in de artikelen 6 en 14 van Gedelegeerde Verordening 2019/980;

▼M1

e) 

wanneer derden een nieuw openbaar overnamebod uitbrengen als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder a), van Richtlijn 2004/25/EG van het Europees Parlement en de Raad ( 4 ) of het resultaat van een openbaar overnamebod beschikbaar komt met betrekking tot een van de volgende:

i) 

de aandelen van de uitgevende instelling wanneer een prospectus aandelen of andere met aandelen gelijk te stellen verhandelbare effecten betreft;

ii) 

de aandelen van de uitgevende instelling van de onderliggende aandelen of andere met aandelen gelijk te stellen verhandelbare effecten indien een prospectus betrekking heeft op effecten als bedoeld in artikel 19, lid 2, of artikel 20, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980;

iii) 

de aandelen van de uitgevende instelling van de onderliggende aandelen van certificaten van aandelen als bedoeld in de artikelen 6 en 14 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980;

▼B

f) 

wanneer de in het prospectus opgenomen verklaring inzake het werkkapitaal voldoende of onvoldoende wordt voor de huidige vereisten van de uitgevende instelling, met betrekking tot:

▼M1

i) 

aandelen of andere met aandelen gelijk te stellen verhandelbare effecten;

ii) 

effecten als bedoeld in artikel 19, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980;

▼B

iii) 

certificaten van aandelen als bedoeld in de artikelen 6 en 14 van Gedelegeerde Verordening 2019/980;

g) 

wanneer een uitgevende instelling toelating vraagt tot de handel op ten minste één extra gereglementeerde markt in ten minste één extra lidstaat of voornemens is een aanbieding van effecten aan het publiek te doen in ten minste één extra lidstaat die niet in het prospectus is vermeld;

▼M1

h) 

wanneer, in het geval van een prospectus met betrekking tot aandelen of andere verhandelbare effecten met een aandelenkarakter of de effecten als bedoeld in artikel 19, lid 2, of artikel 20, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980, een nieuwe aanzienlijke financiële verplichting waarschijnlijk aanleiding zal geven tot een aanzienlijke brutowijziging van betekenis in de zin van artikel 1, onder e), van die gedelegeerde verordening;

▼B

i) 

wanneer het totale nominale bedrag van een aanbiedingsprogramma wordt verhoogd.



HOOFDSTUK VI

TECHNISCHE REGELINGEN VOOR DE WERKING VAN HET KENNISGEVINGSPORTAAL

Artikel 19

Uploaden van documenten en bijbehorende gegevens

Wanneer de bevoegde autoriteit documenten als bedoeld in artikel 25, lid 6, van Verordening (EU) 2017/1129 naar het kennisgevingsportaal uploadt, zorgt zij ervoor dat die documenten in een doorzoekbaar elektronisch formaat zijn dat niet kan worden gewijzigd en dat deze vergezeld gaan van de gegevens over die documenten als gespecificeerd in de tabellen van bijlage VII bij deze verordening in een gemeenschappelijk XML-formaat.

Artikel 20

Verwerking en kennisgeving van documenten en bijbehorende gegevens

1.  ESMA zorgt ervoor dat het kennisgevingsportaal alle geüploade documenten en bijbehorende gegevens automatisch verwerkt en controleert en de uploadende bevoegde autoriteit ervan in kennis stelt of het uploaden succesvol was en of de upload fouten bevatte.

2.  ESMA zorgt ervoor dat het kennisgevingsportaal kennisgevingen van de geüploade documenten en bijbehorende gegevens aan de betrokken bevoegde autoriteiten verzendt.

Artikel 21

Downloaden van documenten en bijbehorende gegevens

ESMA zorgt ervoor dat het kennisgevingsportaal de geüploade documenten en bijbehorende gegevens aan de betrokken bevoegde autoriteiten beschikbaar stelt.



HOOFDSTUK VII

SLOTBEPALINGEN

Artikel 22

Intrekking

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 382/2014 wordt ingetrokken.

Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/301 wordt ingetrokken.

▼M1

Artikel 22 bis

Samenvattingen van tussen 21 juli 2019 en 16 september 2020goedgekeurde prospectussen voor effecten met een aandelenkarakter uitgevende niet-financiële entiteiten

Samenvattingen van prospectussen die de in tabel 3 van bijlage I bedoelde informatie bevatten en die tussen 21 juli 2019 en 16 september 2020 zijn goedgekeurd, blijven geldig tot het einde van de geldigheid van die prospectussen.

▼B

Artikel 23

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 21 juli 2019.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.




BIJLAGE I

NIET-FINANCIËLE ENTITEITEN (EFFECTEN MET EEN AANDELENKARAKTER)

— 
„*” betekent dat het gaat om verplichte informatie of overeenkomstige informatie wanneer de uitgevende instelling geen gebruik maakt van de International Financial Reporting Standards (IFRS). De uitgevende instelling kan een andere titel gebruiken om dezelfde informatie te verstrekken als in de tabel beschreven, wanneer in haar jaarrekening die alternatieve titel wordt gebruikt.
— 
„#” betekent dat deze informatie verplicht is als zij elders in het prospectus voorkomt.
— 
„~” met betrekking tot closed-end-beleggingsinstellingen verwijst naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies op dezelfde datum als de datum van de intrinsieke waarde (NAV).



Tabel 1

Winst- en verliesrekening voor niet-financiële entiteiten (effecten met een aandelenkarakter)

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2

Tussentijdse waarde

Vergelijkende tussentijdse waarde uit zelfde periode in eerder jaar

*Totale inkomsten

 

 

 

 

 

*Exploitatiewinst/-verlies of een andere soortgelijke maatstaf van financiële prestaties die de uitgevende instelling in de jaarrekening gebruikt

 

 

 

 

 

*Nettowinst of -verlies (voor geconsolideerde jaarrekening nettowinst of -verlies toerekenbaar aan aandeelhouders van de moedermaatschappij)

 

 

 

 

 

#Inkomstengroei jaar-op-jaar

 

 

 

 

 

#Winstmarge exploitatie

 

 

 

 

 

#Nettowinstmarge

 

 

 

 

 

#Winst per aandeel

 

 

 

 

 



Tabel 2

Balans voor niet-financiële entiteiten (effecten met een aandelenkarakter)

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2

Tussentijdse waarde

*Totale activa

 

 

 

 

*Totaal eigen vermogen

 

 

 

 

#Netto financiële schuld (langlopende schuld plus kortlopende schuld minus kasmiddelen)

 

 

 

 

▼M1



Tabel 3

Kasstroomoverzicht voor niet-financiële entiteiten (effecten met een aandelenkarakter)

 

Jaar

Jaar –1

Jaar –2

Tussentijdse waarde

Vergelijkende tussentijdse waarde uit zelfde periode in eerder jaar

*Relevante nettokasstromen uit bedrijfsactiviteiten en/of kasstromen uit beleggingsactiviteiten en/of kasstromen uit financieringsactiviteiten

 

 

 

 

 

▼B




BIJLAGE II

NIET-FINANCIËLE ENTITEITEN (EFFECTEN ZONDER AANDELENKARAKTER)

— 
„*” betekent dat het gaat om verplichte informatie of overeenkomstige informatie wanneer de uitgevende instelling geen gebruik maakt van de International Financial Reporting Standards (IFRS). De uitgevende instelling kan een andere titel gebruiken om dezelfde informatie te verstrekken als in de tabel beschreven, wanneer in haar jaarrekening die alternatieve titel wordt gebruikt.
— 
„#” betekent dat deze informatie verplicht is als zij elders in het prospectus voorkomt.
— 
„~” met betrekking tot closed-end-beleggingsinstellingen verwijst naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies op dezelfde datum als de datum van de intrinsieke waarde (NAV).



Tabel 1

Winst- en verliesrekening voor effecten zonder aandelenkarakter

 

Jaar

Jaar – 1

Tussentijdse waarde

Vergelijkende tussentijdse waarde uit zelfde periode in eerder jaar

*Exploitatiewinst/-verlies of een andere soortgelijke maatstaf van financiële prestaties die de uitgevende instelling in de jaarrekening gebruikt

 

 

 

 



Tabel 2

Balans voor effecten zonder aandelenkarakter

 

Jaar

Jaar – 1

Tussentijdse

#Netto financiële schuld (langlopende schuld plus kortlopende schuld minus kasmiddelen)

 

 

 

#Current ratio (vlottende activa/kortlopende verplichtingen)

 

 

 

#Verhouding tussen vreemd en eigen vermogen (totale passiva/totaal aandelenkapitaal)

 

 

 

#Rentedekkingsratio (bedrijfsinkomsten/rente-uitgaven)

 

 

 



Tabel 3

Kasstroomoverzicht voor effecten zonder aandelenkarakter

 

Jaar

Jaar – 1

Tussentijdse waarde

Vergelijkende tussentijdse waarde uit zelfde periode in eerder jaar

*Nettokasstromen uit bedrijfsactiviteiten

 

 

 

 

*Nettokasstromen uit financieringsactiviteiten

 

 

 

 

*Nettokasstromen uit beleggingsactiviteiten

 

 

 

 




BIJLAGE III

KREDIETINSTELLINGEN (EFFECTEN MET EN ZONDER AANDELENKARAKTER)

— 
„*” betekent dat het gaat om verplichte informatie of overeenkomstige informatie wanneer de uitgevende instelling geen gebruik maakt van de International Financial Reporting Standards (IFRS). De uitgevende instelling kan een andere titel gebruiken om dezelfde informatie te verstrekken als in de tabel beschreven, wanneer in haar jaarrekening die alternatieve titel wordt gebruikt.
— 
„#” betekent dat deze informatie verplicht is als zij elders in het prospectus voorkomt.
— 
„~” met betrekking tot closed-end-beleggingsinstellingen verwijst naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies op dezelfde datum als de datum van de intrinsieke waarde (NAV).



Tabel 1

Winst- en verliesrekening voor kredietinstellingen

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2 (1)

Tussentijdse waarde

Vergelijkende tussentijdse waarde uit zelfde periode in eerder jaar

*Nettorentebaten (of equivalent)

 

 

 

 

 

*Netto honoraria- en provisiebaten

 

 

 

 

 

*Netto bijzondere-waardeverminderingsverlies uit hoofde van financiële activa

 

 

 

 

 

*Nettohandelsbaten

 

 

 

 

 

*Maatstaf van financiële prestaties die de uitgevende instelling in de jaarrekening gebruikt, zoals bedrijfswinst

 

 

 

 

 

*Nettowinst of -verlies (voor geconsolideerde jaarrekening nettowinst of -verlies toerekenbaar aan aandeelhouders van de moedermaatschappij)

 

 

 

 

 

#Winst per aandeel (alleen voor effecten met een aandelenkarakter uitgevende instellingen)

 

 

 

 

 

(1)   Vermeld de essentiële financiële informatie voor het aantal jaren waarvoor de desbetreffende informatievereiste van toepassing is krachtens Gedelegeerde Verordening 980/2019.



Tabel 2

Balans voor kredietinstellingen

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2 (1)

Tussentijdse waarde

#Waarde als uitkomst van het meest recente proces van toetsing en evaluatie door de toezichthouder (SREP)

*Totale activa

 

 

 

 

 

*Niet-achtergestelde schuld

 

 

 

 

 

*Achtergestelde schuld

 

 

 

 

 

*Leningen en vorderingen op cliënten (netto)

 

 

 

 

 

*Deposito’s van cliënten

 

 

 

 

 

*Totaal eigen vermogen

 

 

 

 

 

#Niet-renderende leningen (op basis van nettoboekwaarde)/leningen en vorderingen)

 

 

 

 

 

#Tier 1-kernkapitaalratio (CET1) of andere relevante prudentiële kapitaalratio afhankelijk van de uitgifte

 

 

 

 

 

#Totale kapitaalratio

 

 

 

 

 

#Volgens het toepasselijke regelgevingskader berekende hefboomratio

 

 

 

 

 

(1)   Vermeld de essentiële financiële informatie voor het aantal jaren waarvoor de desbetreffende informatievereiste van toepassing is krachtens Gedelegeerde Verordening 980/2019.




BIJLAGE IV

VERZEKERINGSONDERNEMINGEN (EFFECTEN MET EN ZONDER AANDELENKARAKTER)

— 
„*” betekent dat het gaat om verplichte informatie of overeenkomstige informatie wanneer de uitgevende instelling geen gebruik maakt van de International Financial Reporting Standards (IFRS). De uitgevende instelling kan een andere titel gebruiken om dezelfde informatie te verstrekken als in de tabel beschreven, wanneer in haar jaarrekening die alternatieve titel wordt gebruikt.
— 
„#” betekent dat deze informatie verplicht is als zij elders in het prospectus voorkomt.
— 
„~” met betrekking tot closed-end-beleggingsinstellingen verwijst naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies op dezelfde datum als de datum van de intrinsieke waarde (NAV).



Tabel 1

Winst- en verliesrekening voor verzekeringsondernemingen

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2 (1)

Tussentijdse waarde

Vergelijkende tussentijdse waarde uit zelfde periode in eerder jaar

*Nettopremies

 

 

 

 

 

*Netto-uitkeringen en schaden

 

 

 

 

 

*Winst vóór belastingen

 

 

 

 

 

*Bedrijfswinst (waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen levensverzekering en schadeverzekering)

 

 

 

 

 

*Nettowinst of -verlies (voor geconsolideerde jaarrekening nettowinst of -verlies toerekenbaar aan aandeelhouders van de moedermaatschappij)

 

 

 

 

 

#Inkomstengroei jaar-op-jaar (nettopremies)

 

 

 

 

 

#Winst per aandeel (alleen voor effecten met een aandelenkarakter uitgevende instellingen)

 

 

 

 

 

(1)   Vermeld de essentiële financiële informatie voor het aantal jaren waarvoor de desbetreffende informatievereiste van toepassing is krachtens Gedelegeerde Verordening 980/2019.



Tabel 2

Balans voor verzekeringsondernemingen

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2 (1)

Tussentijdse waarde

*Investeringen inclusief financiële activa in verband met aan beleggingen gekoppelde overeenkomsten

 

 

 

 

*Totale activa

 

 

 

 

*Verplichtingen uit hoofde van verzekeringscontracten

 

 

 

 

*Financiële verplichtingen

 

 

 

 

*Totale verplichtingen

 

 

 

 

*Totaal eigen vermogen

 

 

 

 

#Solvabiliteitsdekkingsratio (Solvabiliteit II-ratio — SII-ratio) of andere relevante prudentiële kapitaalratio afhankelijk van de uitgifte

 

 

 

 

#Verliesratio

 

 

 

 

#Combined ratio (schadelasten + bedrijfskosten/premies voor de periode)

 

 

 

 

(1)   Vermeld de essentiële financiële informatie voor het aantal jaren waarvoor de desbetreffende informatievereiste van toepassing is krachtens Gedelegeerde Verordening 980/2019.




BIJLAGE V

SPECIAL PURPOSE VEHICLES (SPV’s) DIE DOOR ACTIVA GEDEKTE EFFECTEN UITGEVEN

— 
„*” betekent dat het gaat om verplichte informatie of overeenkomstige informatie wanneer de uitgevende instelling geen gebruik maakt van de International Financial Reporting Standards (IFRS). De uitgevende instelling kan een andere titel gebruiken om dezelfde informatie te verstrekken als in de tabel beschreven, wanneer in haar jaarrekening die alternatieve titel wordt gebruikt.
— 
„#” betekent dat deze informatie verplicht is als zij elders in het prospectus voorkomt.
— 
„~” met betrekking tot closed-end-beleggingsinstellingen verwijst naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies op dezelfde datum als de datum van de intrinsieke waarde (NAV).



Tabel 1

Winst-en-verliesrekening voor SPV’s met betrekking tot door activa gedekte effecten

 

Jaar

Jaar – 1

*Nettowinst of -verlies

 

 



Tabel 2

Balans voor SPV’s met betrekking tot door activa gedekte effecten

 

Jaar

Jaar – 1

*Totale activa

 

 

*Totale passiva

 

 

*Financiële activa die als gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies zijn aangewezen

 

 

*Afgeleide financiële activa

 

 

*Niet-financiële activa indien van wezenlijk belang voor de bedrijfsactiviteiten van de entiteit

 

 

*Financiële verplichtingen die als gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies worden aangewezen

 

 

*Afgeleide financiële verplichtingen

 

 




BIJLAGE VI

CLOSED-END-BELEGGINGSINSTELLINGEN

— 
„*” betekent dat het gaat om verplichte informatie of overeenkomstige informatie wanneer de uitgevende instelling geen gebruik maakt van de International Financial Reporting Standards (IFRS). De uitgevende instelling kan een andere titel gebruiken om dezelfde informatie te verstrekken als in de tabel beschreven, wanneer in haar jaarrekening die alternatieve titel wordt gebruikt.
— 
„#” betekent dat deze informatie verplicht is als zij elders in het prospectus voorkomt.
— 
„~” met betrekking tot closed-end-beleggingsinstellingen verwijst naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies op dezelfde datum als de datum van de intrinsieke waarde (NAV).



Tabel 1

Aanvullende informatie met betrekking tot closed-end-beleggingsinstellingen

Aandelenklasse

Totale NAV

Aantal aandelen/ deelnemingsrechten

~NAV/aandeel of Marktprijs/aandeel/ deelnemingsrecht

#Historische prestaties van de beleggingsinstelling

A

XXX

XX

X

 

 

Totaal-generaal

Totaal-generaal

 

 



Tabel 2

Winst- en verliesrekening voor closed-end-beleggingsinstellingen

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2

Tussentijdse waarde

Vergelijkende tussentijdse waarde uit zelfde periode in eerder jaar

*Totale netto-inkomsten/nettobeleggingsinkomsten of totale inkomsten vóór exploitatiekosten

 

 

 

 

 

*Nettowinst (-verlies)

 

 

 

 

 

*Prestatievergoeding (opgelopen/betaald)

 

 

 

 

 

*Beleggingsbeheersvergoeding (opgelopen/betaald)

 

 

 

 

 

*Andere materiële vergoedingen (opgelopen/betaald) aan dienstverleners

 

 

 

 

 

#Winst per aandeel

 

 

 

 

 



Tabel 3

Balans voor closed-end-beleggingsinstellingen

 

Jaar

Jaar – 1

Jaar – 2

Tussentijdse waarde

*Totale nettoactiva

 

 

 

 

#Hefboomratio

 

 

 

 




BIJLAGE VII

AAN ESMA TE VERSTREKKEN MACHINELEESBARE GEGEVENS



Tabel 1

Nummer

Veld

Te rapporteren inhoud

Format en normen die voor de rapportage moeten worden gebruikt

1.

Nationale identificatiecode

Unieke identificatiecode van het geüploade bestand, toegekend door de verzendende NBA

{ALPHANUM-50}

2.

Gerelateerde nationale identificatiecode

Unieke identificatiecode van het bestand waaraan het geüploade bestand gerelateerd is, toegekend door de verzendende NBA

Wordt niet gerapporteerd indien gerelateerde nationale identificatiecode niet van toepassing is

{ALPHANUM-50}

3.

Verzendende lidstaat

Landencode van de lidstaat die het geüploade bestand heeft goedgekeurd of waarbij het geüploade bestand is ingediend

{COUNTRYCODE_2}

4.

Ontvangende lidstaat/lidstaten

Landencode van de lidstaat/lidstaten waaraan het geüploade bestand moet worden gemeld of meegedeeld

Indien het aan meerdere lidstaten moet worden meegedeeld, moet veld 4 zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{COUNTRYCODE_2}

5.

Soort document

Het soort geüploade document(en)

Keuze uit een lijst van vooraf bepaalde velden:

— „BPFT” — Basisprospectus met definitieve voorwaarden

— „BPWO” — Basisprospectus zonder definitieve voorwaarden

— „STDA” — Op zichzelf staand prospectus

— „REGN” — Registratiedocument

— „URGN” — Universeel registratiedocument

— „SECN” — Verrichtingsnota

— „FTWS” — Definitieve voorwaarden, inclusief de daaraan gehechte samenvatting van de individuele uitgifte

— „SMRY” — Samenvatting

— „SUPP” — Aanvulling

— „SUMT” — Vertaling van de samenvatting

— „COAP” — Certificaat van goedkeuring

— „AMND” — Wijziging

Indien meerdere documenten moeten worden meegedeeld, moet veld [5] zo vaak als nodig worden gerapporteerd om elk document in het bestand te beschrijven

6.

Soort structuur

Voor het prospectus gekozen vorm

Keuze uit een lijst van vooraf bepaalde velden:

— „SNGL” — Prospectus dat uit één document bestaat

— „SPWS” — Prospectus dat bestaat uit afzonderlijke documenten met samenvatting

— „SPWO” — Prospectus dat bestaat uit afzonderlijke documenten zonder samenvatting

7.

Datum van goedkeuring of indiening

Datum waarop het geüploade bestand is goedgekeurd of ingediend

{DATEFORMAT}

8.

Taal

De EU-taal waarin het geüploade bestand is opgesteld

{LANGUAGE}

9.

Gestandaardiseerde naam van de aanbieder

Voor- en achternaam van de aanbieder indien de aanbieder een natuurlijke persoon is

Indien meerdere aanbieders moeten worden meegedeeld, moet veld [9] zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{ALPHANUM-280}

10.

Gestandaardiseerde naam van de garant

Voor- en achternaam van de garant indien de garant een natuurlijke persoon is

Indien meerdere garanten moeten worden meegedeeld, moet veld [10] zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{ALPHANUM-280}

11.

LEI van de uitgevende instelling

Identificatiecode (Legal Entity Identifier — LEI) van de uitgevende instelling

Indien meerdere uitgevende instellingen moeten worden meegedeeld, moet veld [11] zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{LEI}

12.

LEI van de aanbieder

Identificatiecode van de aanbieder

Indien meerdere aanbieders moeten worden meegedeeld, moet veld [12] zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{LEI}

13.

LEI van de garant

Identificatiecode van de garant

Indien meerdere garanten moeten worden meegedeeld, moet veld [13] zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{LEI}

14.

Woonplaats van de aanbieder

Woonplaats van de aanbieder indien de aanbieder een natuurlijke persoon is

Indien meerdere aanbieders moeten worden meegedeeld, moet veld [14] zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{COUNTRYCODE_2}

15.

Woonplaats van de garant

Woonplaats van de garant indien de garant een natuurlijke persoon is

Indien meerdere garanten moeten worden meegedeeld, moet veld [15] zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{COUNTRYCODE_2}

16.

FISN

Korte naam van het financieel instrument

Dit veld moet voor elk ISIN worden herhaald

{FISN}

17.

ISIN

Internationaal effectenidentificatienummer

{ISIN}

18.

CFI

Code voor classificatie van financiële instrumenten

Dit veld moet voor elk ISIN worden herhaald

{CFI_CODE}

19.

Uitgiftevaluta

Code voor de valuta waarin de nominale of notionele waarde is uitgedrukt

Dit veld moet voor elk ISIN worden herhaald

{CURRENCYCODE_3}

20.

Denominatie per deelnemingsrecht

Nominale of notionele waarde per deelnemingsrecht in de uitgiftevaluta

Dit veld moet voor elk ISIN worden herhaald

Veld dat van toepassing is op effecten met een vastgestelde denominatie

{DECIMAL-18/5}

21.

Identificatiecode of naam van de onderliggende waarde

ISIN-code van onderliggende effect/index of naam van onderliggende effect/index indien ISIN niet bestaat

Indien mandje van effecten, als zodanig identificeren

Veld dat van toepassing is op effecten met een vastgestelde onderliggende waarde. Dit veld moet voor elk ISIN van dergelijke effecten worden herhaald

Voor één onderliggende:

— In geval van een effect of index met bestaande ISIN: {ISIN}

— Indien de index geen ISIN heeft: {INDEX}

— Anders: {ALPHANUM-50}

Voor meer dan één onderliggende: „BSKT”

22.

Verval- of expiratiedatum

Verval- of expiratiedatum van het effect, indien van toepassing

Dit veld moet voor elk ISIN worden herhaald

Veld dat van toepassing is op effecten met een vastgestelde looptijd

{DATEFORMAT}

Voor eeuwigdurende schuldinstrumenten moet in veld 22 de waarde 9999-12-31 worden ingevuld.

23.

Aangeboden volume

Aantal aangeboden effecten

Veld is alleen van toepassing op aandelen

Dit veld moet voor elk toepasselijk ISIN worden herhaald

{INTEGER-18}

Eén waarde, bandbreedte of maximumaantal

24.

Aangeboden prijs

Prijs per aangeboden effect, in monetaire waarde. De valuta van de prijs is de uitgiftevaluta

Veld is alleen van toepassing op aandelen

Dit veld moet voor elk toepasselijk ISIN worden herhaald

{DECIMAL-18/5}

Eén waarde, bandbreedte of maximumaantal

„PNDG” wanneer de aangeboden prijs niet beschikbaar is, maar hangende

„NOAP” wanneer de aangeboden prijs niet van toepassing is

25.

Aangeboden tegenprestatie

Totaal aangeboden bedrag, in monetaire waarde van de uitgiftevaluta

Dit veld moet voor elk ISIN worden herhaald

{DECIMAL-18/5}

Eén waarde, bandbreedte of maximumaantal

„PNDG” wanneer de aangeboden tegenprestatie niet beschikbaar is, maar hangende

„NOAP” wanneer de aangeboden tegenprestatie niet van toepassing is

26.

Soort effect

Classificatie van categorieën van effecten met en zonder aandelenkarakter

Dit veld moet voor elk ISIN worden herhaald

Keuze uit een lijst van vooraf bepaalde velden:

Eigen vermogen

— „SHRS”: Aandeel

— „UCEF”: Recht van deelneming of aandeel in closed-end-beleggingsinstellingen

— „CVTS”: Converteerbaar effect

— „ ►M1  DPRS ◄ ”: Aandelencertificaat

— „OTHR”: Overige effecten met een aandelenkarakter

Vreemd vermogen

— „DWLD”: Schuld met een nominale waarde per eenheid van ten minste 100 000 EUR

— „DWHD”: Schuld met een nominale waarde per eenheid van minder dan 100 000 EUR

— „DLRM”: Schuld met een nominale waarde per eenheid van minder dan 100 000 EUR die wordt verhandeld op een gereglementeerde markt waartoe alleen gekwalificeerde beleggers toegang hebben

„ABSE”: Door activa gedekte effecten (ABS)

„DERV”: Derivaat

27.

Soort aanbieding/toelating

Taxonomie volgens Prospectusverordening (PV) en MiFID/MIFIR

Keuze uit een lijst van vooraf bepaalde velden:

— „IOWA”: Eerste aanbieding zonder toelating tot de handel/notering

— „SOWA”: Secundaire aanbieding zonder toelating tot de handel/notering

— „IRMT”: Eerste toelating tot de handel op een gereglementeerde markt

— „IPTM”: Eerste toelating tot de handel op een gereglementeerde markt na eerder te zijn verhandeld op een MTF

— „IMTF”: Eerste toelating tot de handel op een MTF met aanbieding aan het publiek

— „SIRM”: Secundaire uitgifte op een gereglementeerde markt of MTF

28.

Kenmerken van het handelsplatform waar de effecten voor het eerst tot de handel zijn toegelaten

Taxonomie volgens PV en MiFID/MIFIR

Keuze uit een lijst van vooraf bepaalde velden:

— „RMKT”: RM die openstaat voor alle beleggers

— „RMQI”: Tot gekwalificeerde beleggers beperkte RM, of segment daarvan

— „MSGM”: MTF die een mkb-groeimarkt is

— „MLTF”: MTF die geen mkb-groeimarkt is

29.

Openbaarmakingsregeling

Het nummer van de bijlage volgens welke het prospectus is opgesteld krachtens Gedelegeerde Verordening (EU) [] van de Commissie

Indien meerdere bijlagen moeten worden meegedeeld, moet veld 29 zo vaak als nodig worden gerapporteerd

{INTEGER-2} van 1 tot [29]

30.

Categorie EU-groeiprospectus

Reden waarom een EU-groeiprospectus is gebruikt

Keuze uit een lijst van vooraf bepaalde velden:

— „S15A”: Mkb-ondernemingen krachtens artikel 15, lid 1, onder a), PV

— „I15B”: Andere uitgevende instelling dan mkb-ondernemingen krachtens artikel 15, lid 1, onder b), PV

— „I15C”: Andere uitgevende instelling dan mkb-ondernemingen krachtens artikel 15, lid 1, onder c), PV

— „O15D”: Aanbieder van effecten krachtens artikel 15, lid 1, onder d), PV



Tabel 2

Symbool

Soort gegevens

Definitie

{ALPHANUM-n}

Maximaal n alfanumerieke tekens

Veld voor vrije tekst

{CFI_CODE}

6 tekens

CFI-code volgens ISO 10962

{COUNTRYCODE_2}

2 alfanumerieke tekens

Tweeletterige landencode overeenkomstig de ISO 3166-1 alpha-2-landcode

{DATEFORMAT}

Data in het volgende formaat: JJJJ-MM-DD

Data moeten in UTC worden gerapporteerd

Datumformaat volgens ISO 8601

{LANGUAGE}

Tweeletterige code

ISO 639-1

{LEI}

20 alfanumerieke tekens

Identificatiecode juridische entiteit (LEI) volgens ISO 17442

{FISN}

35 alfanumerieke tekens met de volgende structuur

FISN-code overeenkomstig ISO 18774

{ISIN}

12 alfanumerieke tekens

ISIN-code volgens ISO 6166

{CURRENCYCODE_3}

3 alfanumerieke tekens

Drieletterige valutacode volgens ISO 4217 valutacodes

{DECIMAL-n/m}

Decimaal getal van maximaal n cijfers in totaal, waarvan maximaal m cijfers fractiecijfers kunnen zijn.

Numeriek veld

Het decimaalteken is „.” (punt)

Waarden worden afgerond, niet afgebroken.

{INTEGER-n}

Geheel getal van maximaal n tekens in totaal

Numeriek veld

{INDEX}

4 alfabetische tekens

„EONA” — EONIA

„EONS” — EONIA SWAP

„EURI” — EURIBOR

„EUUS” — EURODOLLAR

„EUCH” — EuroSwiss

„GCFR” — GCF REPO

„ISDA” — ISDAFIX

„LIBI” — LIBID

„LIBO” — LIBOR

„MAAA” — Muni AAA

„PFAN” — Pfandbriefe

„TIBO” — TIBOR

„STBO” — STIBOR

„BBSW” — BBSW

„JIBA” — JIBAR

„BUBO” — BUBOR

„CDOR” — CDOR

„CIBO” — CIBOR

„MOSP” — MOSPRIM

„NIBO” — NIBOR

„PRBO” — PRIBOR

„TLBO” — TELBOR

„WIBO” — WIBOR

„TREA” — Treasury

„SWAP” — SWAP

„FUSW” — Future SWA



( 1 ) Gedelegeerde Verordening 2019/980 van de Commissie van 14 maart 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de vorm, de inhoud, de controle en de goedkeuring van het prospectus dat moet worden gepubliceerd wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt worden toegelaten, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 809/2004 van de Commissie (zie bladzijde 26 van dit Publicatieblad).

( 2 ) Verordening (EU) nr. 1286/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 26 november 2014 over essentiële-informatiedocumenten voor verpakte retailbeleggingsproducten en verzekeringsgebaseerde beleggingsproducten (PRIIP’s) (PB L 352 van 9.12.2014, blz. 1).

( 3 ) Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349).

( 4 ) Richtlijn 2004/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 betreffende het openbaar overnamebod (PB L 142 van 30.4.2004, blz. 12).

Top
OSZAR »